Mia van Praag, een Joods meisje tijdens de bevrijding van Nederland
Gepubliceerd op 12/09/2024 08:00 in Binnenland
Precies tachtig jaar geleden, op 12 september 1944, kwamen de eerste Amerikaanse bevrijders aan in het dorpje Mesch in Zuid-Limburg, wat het begin betekende van de bevrijding van Nederland na vier jaar onderdrukking door nazi-Duitsland.
Op ongeveer 30 kilometer afstand van Mesch verbleef de 10-jarige Mia van Praag, een Joods meisje uit Amsterdam, bij de familie Kloth in Kerkrade. Mia moest haar identiteit verborgen houden en leefde een 'normaal' leven, maar was constant bang om verraden te worden.
Het bijzondere verhaal van Mia is een van de vele verhalen die te vinden zijn op de speciale website De Ooggetuigen, waar de bevrijding van Nederland een jaar lang gevolgd kan worden.
Tijdens de opmars van de geallieerden in september 1944, moest Mia regelmatig schuilen in de kelder van haar onderduikadres vanwege bombardementen op Aken en Kerkrade. In de kelder bevonden zich ook buren die lid waren van de NSB en Duitse officieren die ingekwartierd waren.
Toen de situatie in Kerkrade te gevaarlijk werd, moesten zo'n 30.000 mensen evacueren naar veiliger gebied, waaronder Mia en haar onderduiktante. De tocht eindigde in een bevrijd buurtschap van Heerlen, waar Mia hoopte herenigd te worden met haar familie.
Ondanks dat een groot deel van Zuid-Nederland eind september 1944 bevrijd was, liep de opmars vast door het mislukken van operatie Market Garden. Het duurde nog acht maanden voordat heel Nederland bevrijd was, met hevige gevechten, bombardementen en andere grimmige gebeurtenissen tot gevolg.