Nederland, Duitsland, Canada en Australië dreigen Afghanistan voor Internationaal Gerechtshof te dagen wegens schenden vrouwenrechten
Gepubliceerd op 26/09/2024 04:00 in Binnenland
Nederland, Duitsland, Canada en Australië hebben aangekondigd dat ze Afghanistan voor het Internationaal Gerechtshof (ICJ) willen dagen als de Taliban de vrouwenrechten binnen zes maanden niet beter gaan respecteren. Dit nieuws werd bekendgemaakt door de buitenlandministers van de landen tijdens de Algemene Vergadering van de VN in New York.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft bevestigd dat er sprake is van een aansprakelijkstelling van Afghanistan. Dit houdt in dat Nederland en de andere landen vinden dat er voldoende bewijs is dat de machthebbers zich niet hebben gehouden aan een VN-verdrag.
Volgens de procedure van het ICJ krijgt het regime nu zes maanden de tijd om de vrouwenrechten te verbeteren. Indien dit niet gebeurt, kan Nederland voorstellen om de zaak voor het Permanent Hof van Arbitrage (PHA) te brengen. Als het Afghaanse regime hiermee instemt, wordt de zaak voorgelegd aan het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.
Afghanistan heeft zich in 2003 verbonden aan het VN-Vrouwenverdrag, lang voordat de Taliban in 2021 opnieuw aan de macht kwamen. Het is echter de vraag of de Taliban zich iets zullen aantrekken van de aansprakelijkstelling. Deskundigen vinden het onwaarschijnlijk dat het regime zal instemmen met een verzoek tot arbitrage.
Als de zaak uiteindelijk bij het Internationaal Gerechtshof belandt, zal daar een inhoudelijk vonnis worden uitgesproken over het al dan niet schenden van vrouwenrechten door Afghanistan. Volgens hoogleraar internationaal recht André Nollkaemper kan een dergelijke uitspraak bijdragen aan meer druk van buitenaf om iets te veranderen aan de positie van vrouwen in het land.
De recente inperking van vrouwenrechten in Afghanistan sinds de machtsovername door de Taliban wordt als verontrustend ervaren. Zo zullen vrouwen nu publiekelijk worden gestenigd voor overspel en is meisjes verboden om verder onderwijs te volgen na de basisschool. Andere beperkingen omvatten onder meer het verbod op parken en sportscholen, en dat vrouwen alleen buiten mogen komen met bedekt gezicht en onder begeleiding van een mannelijk familielid.