Chinese autoriteiten sluiten tijdelijk de deur voor PwC vanwege rol bij val Evergrande

Gepubliceerd op 14/09/2024 17:00 in Economie

De Chinese autoriteiten hebben besloten om het Britse accountantskantoor PwC tijdelijk te verbannen. De Chinese tak van het bedrijf mag zes maanden lang geen zaken doen vanwege de rol die het heeft gespeeld als accountant van de gevallen vastgoedreus Evergrande. Daarnaast moet PwC een boete van 441 miljoen renminbi betalen.

Evergrande, een grote projectontwikkelaar, ging begin dit jaar failliet met een schuldenlast van 300 miljard dollar. Achter de val van Evergrande gingen problemen op de Chinese vastgoedmarkt schuil, evenals gesjoemel met de cijfers. Dit laatste wordt ook PwC aangerekend.

Er werd gevreesd voor een boete van 1 miljard renminbi, maar uiteindelijk kreeg PwC een boete van 441 miljoen renminbi. Deze boete is de hoogste ooit voor een accountant in China.

Het internationale hoofdkantoor van PwC in Londen heeft laten weten teleurgesteld te zijn in de prestaties van de Chinese tak in deze zaak. Topman Mohamed Kande van PwC noemt het werk van het team "ver onder onze verwachtingen en volledig onaanvaardbaar". PwC zal de Chinese straf volledig naleven en heeft al maatregelen genomen in China, waaronder het vertrek van zes partners en het ontslag van vijf werknemers die verantwoordelijk waren voor de controles bij Evergrande.