Meer dan de helft van Nederlandse elektriciteit uit hernieuwbare bronnen

Gepubliceerd op 27/09/2024 10:00 in Economie

Voor het eerst is meer dan de helft van de Nederlandse elektriciteit opgewekt uit hernieuwbare bronnen. In de eerste helft van het jaar was 53 procent van de elektriciteitsproductie duurzame energie, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Volgens het CBS is deze mijlpaal bereikt door de groei in wind- en zonne-energie. Er zijn meer windmolenparken op zee en op land bijgekomen, vooral in Flevoland. Verouderde kleine molens zijn vervangen door grotere exemplaren met meer vermogen.

Ondanks dat de zon iets minder scheen dan normaal, nam de hoeveelheid zonne-energie ook toe door de installatie van meer zonnepanelen.

Slechts minder dan 10 procent van de elektriciteit uit hernieuwbare bronnen wordt opgewekt met biomassa.

De opwekking van stroom uit fossiele bronnen, zoals kolen en aardgas, neemt af vanwege de hogere kosten in vergelijking met hernieuwbare energiebronnen. De elektriciteitsproductie uit kolen is zelfs met bijna 40 procent gedaald.

Hoewel de productie van elektriciteit uit aardgas ook daalt, blijft het met een aandeel van 35 procent nog steeds een belangrijk onderdeel van de totale productie.

Het elektriciteitsverbruik is het afgelopen half jaar met 5 procent gestegen, maar ligt nog steeds iets onder het niveau van voor de coronapandemie.

Het kabinet streeft ernaar om de hoeveelheid duurzame energie verder te laten toenemen, waarbij in 2030 70 procent van de elektriciteit uit duurzame bronnen moet komen.

Naast elektriciteitsproductie, wordt ook gekeken naar het totale energieverbruik waarbij bijvoorbeeld autobrandstoffen en het stoken van aardgas worden meegenomen. In 2023 was 17 procent van alle energie duurzaam, maar recentere cijfers zijn nog niet bekend.